Ben je in goede conditie, dan mag het beklimmen van de Mount Rinjani niet ontbreken tijdens je reis door Indonesie. De trek is extreem zwaar dus onderschat deze niet! In onze groep zaten ervaren hikers en de Mount Rinjani stond achteraf op 1 als het gaat om intensiteit. Zelf waren we goed in conditie, maar wat heeft het ons een kracht en emotie gekost. Maar het bereiken van de top was het hoogtepunt van onze reis door Indonesië. Je word beloond met een fantastisch uitzicht.
Wees goed voorbereid, onze tips!
- Goede wandelschoenen voor grip, met sneakers of zelfs met hardloopschoenen zal het een zware tocht worden. Sandra had hardloopschoenen en had spijt dat ze haar wandelschoenen niet had meegenomen. Regelmatig glipte ze weg, wat soms tot gevaarlijke situaties leed. Gelukkig is ze eraf gekomen met alleen een paar flinke schaafwonden.
- Eten, veel eten. Je zult maaltijden krijgen, maar dit is bij lange na niet genoeg. Koop extra koolhydraten en suikers van te voren, waarmee je veel energie kunt opdoen.
- Water. Ook dit zul je krijgen van je guide, maar wij wouden hier niet volledig afhankelijk van zijn.
- Vochtige doekjes om jezelf schoon mee te maken gedurende de trek. Er zijn gedurende de drie daagse trek namelijk geen mogelijkheden om jezelf op te frissen en je zult ontzettend vies worden.
- Ga op eigen houtje naar Senaru en boek daar de trek, scheelt veel geld en zo zit je het dichtste bij de “bron”
- Menthol. Menthol? Ja echt. Waarom? Lees dan verder!
- Warme kleding. Terwijl je overdag makkelijk in een korte broek en shirt kunt lopen, wordt het ’s nachts ontzettend koud. De temperatuur daalt tot wel onder de 10 graden. Zorg ervoor dat je een goede en warme hike jas bij je hebt en kleed je in laagjes. Achteraf was Sandra blij dat ze een goede jas had gehuurd. Voor de beklimming heb je de mogelijkheid om nog verschillende spullen te huren, zoals kleding, handschoenen, zaklampen en een stok.
- Zaklamp op het hoofd. Je zult hem zeker nodig hebben op weg naar de top in het donker. Ook is het handig voor in de tent of als je naar de wc moet ’s nachts. Zorg ook voor extra batterijen of een extra zaklamp, mocht deze het begeven. Zonder kun je niet!
- Stok. Wij zelf hadden geen stok meegenomen, achteraf toch wel beetje spijt van gehad. Op weg naar de top was deze erg goed van pas gekomen. Ook is het geen overbodige luxe tijdens sommige afdalingen.
De driedaagse trek naar de top
Zelf hebben wij de drie daagse trek gedaan, waarbij je op dag 2 de top bereikt. In principe vertrekken alle trekkingen vanuit Senaru. Mocht je een trek willen boeken tegen een zo’n scherp mogelijke prijs vertrek dan op eigen houtje richting Senaru en zoek daar naar een touroperator. Je kunt de trek vanuit Senaru beginnen of vanuit Sembalun. De route vanuit Sembalun is minder zwaar al is die vanuit Senaru rustiger, het is maar net wat je voorkeur is. Verderop ons verslag dag voor dag.
Hou bij het boeken van een trek rekening met het volgende:
- Een gemiddelde groep bestaat uit 8 tot 10 mensen met daarbij 1 en als je geluk hebt 2 guides. Heb je hier geen zin in boek dan een prive tour.
- De traagste bepaalt het tempo wat betekent dat de guide altijd bij de laatste in de groep zal blijven.
- Bij een groep van 10 personen zullen er ongeveer 4 porters zijn. Een porter draagt het eten/tenten en andere spullen die noodzakelijk zijn gedurende de trek. Porters lopen vaak vooruit om het eten voor te bereiden of de tenten op te zetten. Geef ze achteraf wat fooi voor het harde werk dat zij verrichten.
- Wij hebben gemerkt dat er veel prijsverschil zit tussen de organisaties. Zelf hebben wij voor een budget organisatie gekozen en dit ook geweten. Het eten viel tegen en we moesten ’s nachts op een erg dun matje liggen, waar de stenen door heen prikte. We spraken andere mensen die meer geld hadden uitgegeven. Wij zagen hun dan ook lekker smullen van de hamburgers en spaghetti op stoelen. Wij hadden namelijk geen stoelen. Na 3 dagen niet fatsoenlijk kunnen zitten ga je een stoel enorm waarderen… 🙂
- Wij hebben ongeveer 100 euro per persoon betaald (inclusief boot + transport vanaf Gili naar Sembalun). De wat duurdere organisaties zitten rond de 200 euro per persoon. Twee keer zo duur maar achteraf zouden wij zonder twijfel voor de duurdere gaan.
Dag 1: Vertrek vanuit Sengigi naar kraterrand
Om half 7 ’s ochtends werden we opgehaald in Sengigi. Rond half 11 kwamen we aan in Senaru. Vanuit Senaru vertrokken we vervolgens met een truck richting Sembalun om ons in te schrijven en te vertrekken. Onze groep was al vertrokken naar Pos 1 om daar op ons te wachten, aangezien wij te laat opgehaald waren in het hotel. Het eerste gedeelte is pittig maar goed te doen, het is een geweldig heuvelachtig landschap. Na een uur of 1,5 kwamen we aan bij Pos 1 om te lunchen en kennis te maken met de rest van de groep.
De killer hills
Na een korte pauze gingen we verder richting Pos 2, het tempo lag erg hoog in de groep maar het was goed vol te houden. Binnen het uur waren we bij Pos 2 waarna we na een korte pauze richting Pos 3 vertrokken, ook dit ging erg snel. Bij Pos 3 werden veel grappen gemaakt over de zogeheten “killerhills” tussen Pos 3 en de krater rim (Crater Sembalun op de kaart). Direct na Pos 3 was het al over met wandelen, er moest geklommen worden. Na een half uur klimmen zagen we het begin van de zogeheten killer hills al, dit ging een zware tocht worden. Bij elkaar zijn we zo’n 3 uur onderweg geweest om vanuit Pos 3 de rand te bereiken.
Eenmaal boven waren we ontzettend opgelucht dat we dag 1 overleefd hadden. Na een korte zoektocht vonden we de rest van onze groep en was het wachten op de porters om de tenten op te zetten. Nadat de tent was opgezet konden we relaxen en genieten van het geweldige uitzicht op de Mount Rinjani en het meer. ’s Avonds hebben we nog wat gegeten, waarna we na een geweldige zonsondergang om 8 uur gingen slapen. Om vervolgens om half 2 op te staan voor de klim naar de top van de Mount Rinjani.
Dag 2: Klim naar de top van de Mount Rinjani (3700 meter)
Om half 2 ging de wekker. Echt uitgerust waren we niet maar goed, tijd om wat te ontbijten. We kregen wat koekjes en wat water, gelukkig hadden we zelf veel meegenomen, want daarop kan ik niet zo lang intensief klimmen. We begonnen aan de klim en wat was het gaaf om al die lampjes te zien de Mount Rinjani op. Op de kaart stond 3 uur, tijd genoeg dachten we. Onderweg besloot onze guide terug te gaan en ons ontbijt te gaan voorbereiden. Enigszins verbaasd gingen we door (achteraf bleek hij moe te zijn) en een van de porters bleef bij ons. Ze krijgen namelijk een bonus bij het bereiken van de top van de Mount Rinjani van hun touroperator en in dit geval kreeg onze porter deze.
De laatste kilometer naar de top
Rond 5 uur kwamen we aan bij wat de laatste en tevens het zwaarste gedeelte van de klim. De laatste 2 kilometer is extreem zwaar. De ondergrond is een combinatie van zand en grind. Daarbij is het enorm stijl wat ervoor zorgt dat je bij iedere drie stappen weer twee naar beneden zakt. De zon kwam op en we moesten toch nog wel zo’n 200 meter. Het doel werd om uiteindelijk om 8 uur op de top te staan (dus 6 uur onderweg), de zonsopkomst gingen we helaas niet halen. We bleven elkaar oppeppen terwijl we iedere moment konden opgegeven.
Eindelijk, op de top (3700 meter) van de Mount Rinjani!
Uiteindelijk lukte het ons en werden we beloond op een grandioos uitzicht (en op een flinke emotionele ontlading), hier hadden we het allemaal voor gedaan, we stonden op de top van de Mount Rinjani! Na een minuut of 20 op de top besloten we af te dalen. De afdaling terug naar het kamp heeft zo’n 1,5 uur geduurd en ging ontzettend snel. Onderweg kwamen we nog veel apen tegen, ontzettend gaaf! En omdat het nu licht geworden was konden we genieten van de prachtige omgeving.
Hot Springs?
Rond 10 uur kwamen we terug bij het kamp en moesten we snel ontbijten (al waren we al 8 uur wakker). Na het ontbijt (en twijfel) gingen we verder om af te dalen richting het meer. Na een flinke klim van 3 uur waren we bij het meer en de hot springs. Wat viel dat tegen! Het water was veel te warm en het bleek niet groter te zijn dan een slootje. Gesloopt en met een flinke dosis teleurstelling gingen we snel aan de lunch waar we ons verbaasde over dat we na 2 dagen hiken in de zon nog kip konden krijgen, dat kan toch niet goed meer zijn? De hele groep besloot dan ook voor de “vega” lunch te kiezen.
Laatste klim richting de laatste overnachting
Na een break van ongeveer een uur vertrokken we rond de klok van 3 voor de laatste keer richting de plek om te overnachten. Het zou nog een flinke klim worden van een uur of twee wat zou betekenen dat we net voor zonsondergang aan zouden komen. Iedereen in de groep was gesloopt, al meer dan 12 uur waren we onderweg en we moesten nog een flinke klim maken. We waren leeg, de energie was compleet verdwenen en onze reserves waren op. Het enige wat ons nog vooruit dreef was de gedachte om niet op de bergpas te moeten overnachten.
Ben ik uitgedroogd of uitgeput?
Uiteindelijk kwamen we rond 7 uur aan, EINDELIJK! Ik dacht even te kunnen powernappen maar al snel werd ik misselijk en moest ik overgeven (en daarna nog 7 keer), was ik uitgedroogd of gewoon compleet uitgeput? Sandra besloot om aan de andere te vragen of iemand kon helpen. Een lid van de groep bleek een arts te zijn en pure menthol mee te hebben. Ik dronk het op en heb daarna niet meer hoeven over te geven. Het blijkt dat de reflex om over te geven door de menthol stopt. Ik heb daarna alleen nog maar gedronken en ben snel gaan slapen Tip! Neem menthol mee op je trek!
Dag 3: De afdaling naar Senaru
Na een slechte nacht, stenen ondergrond en dun matje en daarbij niets gegeten, was het tijd om af te dalen naar Senaru. We hadden ontzettend veel spierpijn, maar de gedachte dat we alleen nog maar moesten afdalen gaf ons de energie om snel te starten. Na een afdaling van een uur of 5 kwamen we eindelijk aan in Senaru. Na een korte break zijn we met een truck afgezet bij de haven van Lombok om een boot te pakken naar Gili Trawagan. Nog nooit hadden we zo naar een douche uitgekeken!! 😉
Geef een reactie